Met een klap gaat het stroeve raam dicht. Haastig worden de gordijnen gesloten. De drie Noord-Koreanen schuifelen op hun pantoffels door de woonkamer. Ze passeren de priemende ogen van de grote leiders, wier portretten aan de muur hangen, en lopen de slaapkamer in. De matrassen worden opgerold en iemand trekt de deur zachtjes achter zich dicht. Ze luisteren of de kinderen in hun eigen kamer nog slapen en of er iemand op straat loopt. Ze knielen. Iemand zucht. En ze zetten hun lied zachtjes in. De woorden klimmen op uit het diepst van hun hart, een gebed zo teer dat het nauwelijks te horen is. “Genade, zo oneindig groot…” Een verhaal over het gebedsleven van Noord-Koreaanse christenen.
Terreur werkt als een muzikale compositie. De instrumenten worden op het juiste moment en met de juiste toon ingezet om tot het gewenste doel te komen: angst. Laten zien dat je nergens veilig bent, dat je alleen bent, dat niemand om je geeft. De nooit aflatende propaganda is het voorspel. Dan is er ’s nachts het geluid van een auto in de straat. Een gezin verdwijnt. Niemand weet waarom, maar iedereen heeft een verklaring. Wanneer ben je zelf aan de beurt? Angst en honger zijn de twee kompanen van praktisch iedere Noord-Koreaan. Het maakt hen afhankelijk van de staat, die de rol op zich heeft genomen van gemene stiefvader van het volk. De lachende gezichten van de leiders staan in schril contrast met hun ware aard.
Wie door Noord-Korea reist, waant zich deel van een film zonder de mogelijkheid om het script te veranderen. Iedere Noord-Koreaanse burger speelt de hoofdrol in zijn eigen verhaal, maar voor de wereld zijn ze niet meer dan figuranten in een onvoorstelbaar drama. De acteurs lopen over de brede, schier eindeloze wegen, van niets naar nergens. Sommigen wassen kleding in de rivier, anderen doorzoeken de berm op zoek naar het best eetbare gras. Bomen zonder schors zijn stille getuigen van het feit dat vele burgers boomschorspap naar binnen werken om maar hun maag te vullen.
Onder deze mensen zijn ook kinderen van God. Ze zijn niet alleen met hun gedachten, maar bidden terwijl ze hun dagelijkse kilometers maken. Dat doen ze niet omdat ze niets beters te doen hebben. “Gebed is een zaak van leven en dood”, zegt een contactpersoon van Open Doors die veel werkt met Noord-Koreaanse vluchtelingen in China. “Als Noord-Koreanen tot geloof komen in China is het belangrijkste wat we hen leren hoe ze een relatie met God opbouwen. Als ze teruggaan, kunnen we hen geen bijbel meegeven. Ruwweg de helft van alle vluchtelingen wordt gearresteerd en komt in de cel terecht. Ze moeten in elke situatie op God vertrouwen en daarom is gebed zo belangrijk voor hen. We leren ze voor echt alles te bidden en vooral voor onderscheidingsvermogen. Wie kunnen ze wel vertrouwen en wie niet? Wat zeg je wel en wat niet?”
Dat geldt niet alleen voor de vluchtelingen die terugkeren naar hun land, ook al lopen zij een groter risico om opgepakt te worden. Alle christenen moeten voor hun veiligheid vertrouwen op de Here God. Toch is veiligheid niet het belangrijkste onderwerp waar Noord-Koreaanse gelovigen voor bidden. In hun gebed proberen ze de wil van God te ontdekken. “De gebeden van Noord-Koreaanse christenen zijn hartverscheurend”, zegt een koerier die geheime samenkomsten van gelovigen mocht bezoeken. “Ze knielden neer en vroegen God om vergeving van hun voorouders. Ze baden: ‘Het volk Israël was ongehoorzaam en moest veertig jaar door de woestijn trekken. En wij? Wij worden al zestig jaar gestraft. Doch, Heer, niet U, maar wij zijn schuldig.’ Ik hield het niet droog toen ze God smeekten een keer te brengen in hun situatie. Ze vroegen Hem de kerken van hun voorouders weer te openen.”
Maar de gebeden van de Noord-Koreaanse gelovigen zijn de laatste jaren veranderd. Het wereldwijde gebed van buitenlandse broeders en zusters heeft daar volgens de christenen aan bijgedragen. “We bidden nu het gebed van koningin Esther”, laat een kerkleider weten. “Zij was geroepen voor ‘een tijd als deze’, zoals Mordechai ooit tegen haar zei. Dat geldt voor ons ook. Wij zijn geroepen om in deze tijd en onder deze omstandigheden Zijn licht te verspreiden. Wij ervaren dat God de vervolging gebruikt om de Kerk te heiligen en zijn dankbaar dat we in onze zwakheid Zijn kracht ontvangen. Daarom bidden we dat we zijn wil mogen doen in elke situatie. En komen we om, dan komen we om.”
De Noord-Koreaanse christenen zijn een eigen gebedsactie gestart voor hun land. Ze bidden dat God open deuren geeft zodat het Evangelie verder verspreid kan worden. “God heeft ons een visie gegeven”, zeggen de ondergrondse kerkleiders. “Ooit zal ons land open gaan en weer één worden met Zuid-Korea. Dan zullen de Noord-Koreaanse en de Zuid-Koreaanse Kerk optrekken samen met de broeders en zusters uit China en gezamenlijk gaan evangeliseren in Azië. Dat wordt een moeilijke, gevaarlijke klus. Daarom zien we de vervolging in Noord-Korea als voorbereiding op die tijd.”
En zo zien we dat God de gebeden van Zijn kinderen gebruikt als een muzikale compositie. De miljoenen stemmen die afzonderlijk nauwelijks hoorbaar zijn, vormen allen tesamen een harmonieuze melodie. Voor God zijn de talrijke gebeden als een prachtig lied zonder einde. Ieder woord dat we tot Hem richten, wordt door Hem op een schaal bewaard, of dat woord nu hardop wordt uitgesproken aan onze eettafels, of wordt gefluisterd achter gesloten ramen ergens in Noord-Korea.
Geef een reactie